Vier vragen aan trainingsacteur Tjerk Jan Haga

Waarom ben je trainer/trainingsacteur geworden?

Ik heb altijd als kind toneel willen spelen maar wilde ook graag met mensen werken. Toen ik toegelaten werd tot de docent drama opleiding in Leeuwarden merkte ik dat het daar meer ging om je spelkwaliteiten dan om het menselijke stuk. Dit vond ik wel weer terug op mijn vervolgopleiding tot dramatherapeut. Het mogen spelen en dit in kunnen zetten om mensen te kunnen helpen komt helemaal terug in het trainingsacteren. Ik geloof echt dat in het oefenen met waar je tegenaan loopt de kracht zit van ons vak. Als trainingsacteur sluit je aan en maak je het verschil door de lat net wat hoger te leggen. Je helpt in je spel om de cursist zelfstandig daarover heen te laten gaan. Na afloop zie je bij de cursist wat dit voor hem of teweeg heeft gebracht. Dat geeft zoveel energie en voldoening, daar kan niets tegenop.

Wat is jouw expertise binnen het vak van trainingsacteur?

Ik denk dat mijn kracht ligt in het aanvoelen van waar iemand mee wil oefenen en het kunnen schakelen op momenten dat dit in het spel gevraagd wordt. Het improviseren binnen het spel, maar ook de pijn durven opzoeken van daar waar het echt over gaat, daar ga ik voor. Ik zoek altijd de balans tussen overzicht houden van de leersituatie en ondertussen ook helemaal in het spel duiken om tot de kern te komen. Niet te snel tevreden zijn, maar de cursist echt een stap verder willen helpen, ik denk dat daar mijn expertise ligt.

Wat was je interessantste opdracht tot nu toe?

Elke opdracht is weer interessant omdat elk mens en elke situatie weer nieuw en verfrissend is. Ik geniet van de diversiteit. Dan weer ben ik op een hogeschool te vinden om te oefenen met schooldirecteuren in opleiding, dan weer in de gevangenis om te spelen met bewaarders. Van slecht nieuwsgesprek, en agressie, tot psychiatrie, assessment en bedrijfstheater. Als ik dan toch 1 situatie moet omschrijven die me altijd is bijgebleven is dat een geweest van jaren geleden. Toen Foppe de Haan nog trainer van Heerenveen was. Ik mocht als trainingsacteur een bijdrage leveren aan een symposium voor de gezondheidszorg mbt jongeren. We hadden een soort van ziekenhuisbed gecharterd en hiermee reden we door de catacomben van het stadion om te illustreren dat we van het kastje naar de muur werden gestuurd, terwijl onze patiënt langzaam aan het sterven was. Niemand wou de verantwoordelijkheid op zich nemen, tot Foppe ons voorbij zag razen en de patiënt in het bed een hartmassage gaf. Met een knipoog keek hij de zaal in, “zo doe je dat, zei hij” en weg was hij weer. Niet lullen maar doen, dat typeerde hem, maar ook wel een beetje ons vak.

Wat wil je nog toevoegen?

Ik vind deze quote altijd heel waardevol

“Elk mens is bijzonder en het waard om te mogen groeien in wie hij is en wat hij kan.”

Dit hou ik altijd voor ogen als ik aan het werk ben met een groep cursisten. In eerste instantie denk je soms, oeh dat wordt lastig of dat is niet mijn type. Met deze quote help ik mezelf om altijd op zoek te gaan naar het goede en dat is ook altijd te vinden als je maar wilt en goed zoekt;)

Interview Tjerk Jan Haga
Trainingsacteur Academie