Extra: algemene speltips

Hieronder vind je nog een aantal algemene tips die je mee kunt nemen tijdens het spelen tijdens de opleidingsdagen en opdrachten daarna.

• Werk met tableaus
  Door met tableaus te werken, knip je je scène als het ware op in verschillende fases. Zo weet je waar wie in welk tableau/fase van het spel moet staan en wat er dan gebeurt.
  1e tableau: waar speelt het zich af
  2e tableau: signaal, wat gaat er gebeuren/verwachting
  3e tableau: gebeurt dat ook; verloop
  4e tableau: hoe loopt het af; inlossing of einde
  
  
• De ijsberg boven en onder water laten zien
  Je uitgesproken tekst is slechts het topje van de ijsberg. 99% zit onder water en is onzichtbaar, maar doet wel mee. Zorg dat de denk-tekst ook zichtbaar is voor het publiek.
  
  
• Houd de actie gaande
  Drama betekent handeling. Zorg dus dat er altijd iets op het podium gebeurt. Stil zitten aan een tafel is niet spannend. Gebruik de ruimte en verras het publiek.
  
  
• Houd het conflict realistisch
  Bij theater mag je best wat overdrijven, maar houd de scène in de basis wel realistisch en dus geloofwaardig.
  
  
• Verweef emotie met plot
  Een goed verhaal draait om emotie, of beter: om de ontwikkeling van de emoties van het hoofdpersonage.
  
  
• Herhaal een plotelement
  Herkenning is een effectieve emotie om kijkers in het verhaal te trekken. Daarmee bedoelen we niet alleen een personage waarmee je je kunt identificeren, maar ook details die later in de plot terugkeren als (cruciaal) plotelement.
  
  
• Houd het spannend
  Onthul niet op voorhand alle informatie, dan heeft de kijker geen reden om verder te gaan. Denk aan een ruzie tussen twee personages die om verkeerde redenen is ontstaan. Menselijker dan miscommunicatie kan het bijna niet, dus maak niet direct duidelijk waardoor die miscommunicatie is ontstaan. Je zet de kijker dan aan het denken, omdat hij wil uitvogelen waar het mis is gegaan.
  

Tips voor tijdens het spel:

• Richting
  Weet aan wie je je teksten/spel richt. Tegen jezelf of tegen een medespeler? Tegen de wereld of tegen het publiek? Tegen god?
  
  
• Samenspel
  Je speelt samen met je medespelers dus is het geven en nemen. Waar of bij wie moet de nadruk/aandacht liggen?
  
  
• Meer aandacht krijg je door:
  Harder te gaan praten, op het publiek in te lopen, actiever te bewegen, met je lichaam frontaal naar het publiek te gaan staan, op een stoel gaan staan of helemaal vooraan gaan staan.
  
  
• Om de focus op de ander te leggen kun je
  Zwijgen, zo ver mogelijk van publiek af gaan staan of met de rug naar de zaal, een saaie voorspelbare handeling doen, kijken naar degene die je aandacht vasthoudt, gaan zitten of jezelf laag houden.
  
  
• Speel met ritme
  Door toon, verschillen van stemmen, door verhoging van volume, door verscherping van dictie, door kortere zinnen of door een dialoog staccato te Laten verlopen. Ze moeten altijd wel toepasbaar zijn in de scene zelf , maar met tempo bouw je ook een scene.